Bij zijn
overlijden wordt Ruud Lubbers alom geprezen om zijn virtuoze compromisscheppingen.
De deelnemende partijen doen dan water bij de wijn. Zou dit spreekwoord zijn
oorsprong hebben in misvieringen, waarbij de voorgaande geestelijke niet
ladderzat op het podium mag staan?
Inzake literaire
jury’s is met ‘het compromis’ vaak het bij alle hosannagezang toch wat twijfelachtige
lot van de winnaar vertolkt. Ik moest ineens denken aan Kees Fens, die bij een werkcollege
vertelde vóór een juryvergadering te zijn gebeld door de voorzitter, om alvast
de standpunten door te nemen.
Hoewel Fens een
doorgewinterd jurylid leek, had hij dit nog nooit meegemaakt, zei hij. De voorzitter
van dienst was dan ook een raspoliticus, Hans van Mierlo, die op hetzelfde
jezuïetencollege had gezeten als Lubbers, met wie hij later, in elk geval volgens
journalistieke mythes, wekelijks een korenwijntje dronk bij het doornemen van
de actualiteit.
Ik geloof niet
dat de compromissenprocedure hier hemels had uitgepakt – Fens’ favoriet delfde
het onderspit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten