In zijn jongste
bundel Mond vol dobbelstenen schuift Tonnus
Oosterhoff zijn ongrijpbaarheid en humor terzijde voor een snerpende politieke veroordeling
in minstens één gedicht. Het eindigt met deze strofe:
Een mens zonder
geld kan slecht zijn
maar een met geld niet rechtvaardig.
Een Bill Gates die gelijk heeft
blijft expressie van onrecht.
De eerste regel
kan nog ironisch opgevat worden, of vluchtend uit zwart-witdenken, maar dan
volgt nuchtere systeemkritiek. Op ongelijke
verdeling van kapitaal, waarvoor geen structureel heil gezien wordt in de
eenentwintigste-eeuwse versie van charitatieve toestanden die foundations van mensen met geld (‘een Bill Gates’) nu eenmaal
aanrichten.
Niet alleen vind
ik dit gedicht bijzonder omdat het zo expliciet eindigt, maar ook omdat het bij
mijn weten de derde openbare versie is. In maart 2021 stond op Samplekanon de eerste versie. Die werd voorjaar 2022 geredigeerd voor de tweede versie in de bibliofiele bundel Suffisant lecteur bij Druksel. Daarna heeft Oosterhoff het gedicht rigoureus
veranderd, en publiceerde het in januari 2024 bij De Bezige Bij, zijn reguliere
uitgever.
Erfleen
Een voorbeeldje
van redactie in de tweede versie is meteen kwestieus. Oorspronkelijk stond er:
‘De economie houdt zijn benen / stil en gaat toch steeds harder.’ Dat werd een jaar later: ‘De economie
houdt haar benen / stil, toch gaat zij steeds harder.’ Bezittelijk en persoonlijk voornaamwoord zijn bij
deze wielerkoersmetafoor aangepast aan het correcte woordgeslacht, hoewel dat –
Robbert-Jan Henkes heeft hier in zijn strijd tegen persversmurfers vaker op gewezen – onnatuurlijk en stijf klinkt.
Omdat er eerst
geen persoonlijk voornaamwoord te bespeuren was, heeft Oosterhoff met ‘zij’
extra nadruk gelegd op dat geslacht. Bovendien verving hij de ‘en’-constructie
door een komma, zodat de pal voorafgaande bewering ‘stil’ tezelfdertijd valt te
ervaren. Subtiel, en afgrondelijk en grappig, vind ik de wijziging in de regel
daar weer na. Oosterhoff voegde een dubbelepunt in: ‘Dit betekent: de
weg loopt af.’ Een bergetappe, met
risico op serieuze valpartijen.
Er zijn meer verschillen tussen de eerste en tweede versie, maar ik beperk
me tot een veranderde werkwoordtijd. In 2022 zet Oosterhoff alles consequent in
het praesens. Dat heeft tot gevolg dat twee imperfecta uit de – op dat moment –
tweede strofe wijzigen: ‘Ze breken Tula de botten / voor ze hem
executeren.’ Hier gaat het over de
achttiende-eeuwse Curaçaose verzetsstrijder, die door het koloniale
Nederlandse gezag onbeschaafd het eeuwige zwijgen werd opgelegd.
Oosterhoffs continuïteitsingreep is ook thematisch te
begrijpen. Het onrecht in het verleden blijft nu tegenwoordig, om door een
solidariteitsgedachte aangevochten te worden. Of zoals het aan het eind van die
strofe aforistisch heet: ‘pijn is een erfleen’. Maar in laatste
instantie schrapte Oosterhoff deze hele strofe. Omdat premier Mark Rutte in
december 2022 Tula al had genoemd in zijn excuus-rede
over Nederlands slavernijverleden en de moedige man in oktober 2023 werd
gerehabiliteerd?
Familiedrama
In derde
instantie haalde Oosterhoff nog een complete strofe weg, waaraan hij in de
tussenversie nochtans een verandering had aangebracht:
Geen muilkorf voor de pekinees.
Cavalier King Charles-spaniël
op pistool. Een familiedrama:
eerst zijn fokker, dan zichzelf.
Niet alleen
herspelde hij de naam van het notoir gezellige hondenras, de fokker kreeg hier ook een mannelijk
bezittelijk voornaamwoord; voordien moest hij het stellen met een bepaald
lidwoord. Wellicht interpreteer ik te smeuïg, maar deze minieme wijziging
bracht me op het spoor van een politicus die zich liet voorstaan op seksuele
prestaties: Pim Fortuyn. Deze vond inderdaad zijn einde door een pistool, en bezat maar liefst twee cavaliers
(Kenneth en Carla).
Zou Oosterhoff door het schrappen van de strofe zulke associaties willen voorkomen? Zodat er geen hernieuwde aandacht hoefde voor een populist die, op andere wijze dan Bill Gates, zijn rijkdom graag etaleerde en die, ondanks zijn claim namens Jan met de pet te spreken, inkomensverschillen geen principieel probleem achtte? Of zodat het gedicht niet te Hollands zou worden, een staalkaart van weetjes die de internationale agenda van kapitalisme negeerde?
Het laatste
argument zou pleiten tegen provincialisme. Alvast talig ontdeed het gedicht
zich daar gefaseerd van, in een strofe over de firma Arosa. Die geheel naar de dichterlijke
waarheid in Zwitserland (circus)beren huisvest, maar ook in Fortuyns standplaats
Rotterdam helpt tegen partnergeweld:
2021: (…) daarenboven
opvanghuis voor vrouwen die
haar tanden uit de bek geslagen kregen.
2022: (…) daarenboven
opvanghuis voor vrouwen die
tanden uit de bek geslagen kregen.
2024: (…) en ook
opvanghuis voor vrouwen met
tanden de bek uit geslagen.
Dit
voortschrijdende dichterlijk inzicht berust volgens mij althans op
normalisering van de taal. Met steeds minder ruimte voor dialectvarianten of
voor formele spraak, en meer voor een meedogenloze werkelijkheid.
Van het begin af
te gortig acht Oosterhoff de uitdrukking ‘inzetten op’. In de tekst gekoppeld
aan het artikel duurzaamheid staat die dan ook in alle drie de versies tussen
aanhalingstekens. Alsof de dichter wilde zeggen: we mogen dan wel overal
citeren, maar er zijn grenzen aan wat geloofwaardig is – zeker voor
kaderpersoneel dat daarbij durft te spreken van ‘wij’.
Vergist
Alle versies van
dit gedicht tellen zes strofen. Omdat er in de officiële dus twee strofes
verdwenen (over Tula en over de cavelier), heeft Oosterhoff dus ook twee nieuwe
strofes toegevoegd. In 2024 opende hij er zelfs mee:
Verbanden
vertrouwen,
verbinden
begrijpen.
Rondborstig de
burger en
stevig zijn
handdruk.
De eerste twee regels zouden louter werkwoorden kunnen
bevatten en vormen dan een opsomming. Een andere optie is dat de openingsregel
louter zelfstandig naamwoorden bevat en de tweede regel werkwoorden. Tot slot kan
iedere regel bestaan uit respectievelijk een zelfstandig naamwoord en een
werkwoord, waarbij de komma een extra pauze biedt. De termen ‘verbanden’ en
‘verbinden’, uit het
hagelwitte hoofdstuk inclusie, liggen
bij menig beleidsmaker en manager voor in de mond.
Ik snap het etiket ‘rondborstig’ minder goed voor een
burger, tenzij dit een soort gezelligheidsmens à la de cavelier is. Verder
ontstaat de associatie met een kloek becupmate vrouw. Door de burger en de
steeds aanwezig politieke dimensie schiet me, vanuit het verre België, dan Caroline
van der Plas te binnen, van de BoerBurgerBeweging die als Fortuyn-variant valt
te beschouwen. Bevreemdend in de gekende Oosterhoff-traditie is dan het
bezittelijk voornaamwoord ‘zijn’ bij de handdruk.
Door het verse begin van zijn gedicht voelde Oosterhoff zich
genoodzaakt om voor de oude opening een nevenschikkend voegwoord te zetten, die
een schakel in een redenatie doet vermoeden: ‘Maar vissen voelen geen pijn.’ Een
uitspraak waarmee hengelaars hun hobby verantwoorden, en niet-vegetariërs hun
eten, wanneer hun wordt gevraagd of zo’n haak en het lostrekken uit de bek van
de vangst geen dierenmishandeling is.
De andere strofe die Oosterhoff toevoegde, zal een
spreekwoordelijke uitzondering zijn. Alle strofes tellen vier regels, behalve degene
die hij in 2024 tussenschoof na het tandengeweld bij Arosa:
Dan heb ik me
blijkbaar vergist.
Ik ben een fout
van mezelf. Ik
ben in mezelf een
vergissing.
Ergens kwamen die woorden me bekend voor. Recycling? Na enig
opzoekwerk vond ik ze min of meer terug in het bibliofiele Suffisant lecteur. In een gedicht dat opent met ‘Vissen
voelen geen pijn’, de acquitstoot
die herschreven zou worden. Daar zaten de woorden wel opgesloten in vier regels
(volgens het colofon betreft het een bundel met verzamelingen van kwatrijnen):
Ik heb mezelf
vergist.
Ik ben een geboren
vergissing.
Ik ben vergist in
mezelf
en voor mezelf een
verdoolde.
Wat een peilloze variant! De derde regel valt te lezen als eindeloze groei
tot terug in de geschiedenis, waarvan talloze verhalen tot in de Bijbel
getuigen. Mond vol dobbelstenen kent vele
passages en gedesillusioneerde ik-definities die zichzelf hernemen. Alsof de
maker een geheugenloze is.
De slotstrofe liet
Tonnus Oosterhoff steeds ongewijzigd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten