zondag 7 juni 2020

Adresboekjournalistiek





De moord op George Floyd smeekt om verbeteringen die consequent doorgevoerd zouden mogen worden. Meerderlei. Zelf ervaar ik een fabelachtig gebrek aan kennis en zou ik getuigenissen willen lezen uit mij onbekende werelden, zonder de hele tijd de term bubbel te willen horen en zonder te hoeven meedoen aan bekvechterij over het passende begrip voor een onrecht.
Als informatiejunk en mediabrompot in dezelfde persoon valt het me meer dan ooit zwaar te worden geconfronteerd met redundantie. Gaf corona helaas al aanleiding tot adresboekjournalistiek (waarna reproductie van steeds hetzelfde type verhalen uit mond van steeds dezelfde personen), nu zou het waarlijk misplaatst worden om Minneapolis te situeren in Bokrijk en Madurodam. Tegelijk hoop ik dat adresboekjournalistiek als methode kan leiden tot nieuwe kennis. Een contact met een imposant netwerk zou immers evengoed kunnen doorverwijzen en zo toegang bieden tot andere relazen, waar bijlages het ideale podium voor kunnen zijn.
Afgelopen weekend besteedde De Standaard Weekblad Magazine (62 bladzijden) op diverse wijzen aandacht aan de moord op Floyd. Eerst vergeleek Vicky Vanhoutte in haar beeldrubriek twee foto’s (2 blz), waarbij de respectievelijk gefotografeerde Obama en Trump onoverbrugbare werelden vertegenwoordigden. Daarna was er een commentaar annex terugblik op de afgelopen week door Kasper Goethals (2 blz). In zijn beeld- en kunstrubriek vergeleek Bernard Dewulf een foto van de moord op Floyd met schilderij van Kerry James Marshall (2 blz). Een door secundaire literatuur en interviewcitaten gevoede beschouwing over methodes die tot veranderingen moeten kunnen leiden, gaf Filip Rogiers (4 blz).
Al deze teksten hadden gemeen dat ze geen enkele zwarte Amerikaan aan het woord lieten en uit eigen land slechts één autoriteit tussen vele witte grootheden. Deze vaststelling bleef ongewijzigd na het laatste artikel in De Standaard Weekblad Magazine dat poogde te duiden wat er trans-Atlantisch speelt. Het betrof een interview (4 blz) met Filip Joos, die voetbal becommentarieert op televisie en in een Standaard-column en die in de intro ook werd gepresenteerd als vader van twee Ethiopische adoptiekinderen.
Toch vertelt Joos eerst 1250 woorden innemend over wat hij dagelijks allemaal in coronatijd doet en wat de bijna overal nog stilliggende voetbalcompetities betekenen als opdrogende bron voor zijn column. Ook bekent hij geen fanate volger te zijn van het wereldnieuws. Wel heeft hij Hillary Mantel gelezen en gaat graag naar de bioscoop. Dan stuurt journalist Steven de Foer het gesprek met zijn collega naturel bij:

Joos’ zoontje Jude komt iets vragen – net terug van een rondje op de skeelers, een sympathiek en spontaan kind van tien. Jude en zijn jongere zusje Zola zijn allebei Ethiopisch van geboorte, en geadopteerd. ‘Na het WK in Zuid-Afrika vloog ik rechtstreeks naar Ethiopië voor Jude, na het WK in Brazilië om Zola op te halen. Rusland was het eerste WK in lange tijd dat we geen kind geadopteerd hebben. (lacht)’

U hebt twee zwarte kinderen. De toestand in de VS confronteert ons meer dan ooit met hoe actueel racisme blijft.
‘Gisteren vroegen ze me of ik iets in het VRT-journaal wilde zeggen over sport en racisme. Ik heb dat niet gedaan, omdat het daar niet met voldoende nuance zou kunnen. Bovendien vraag ik me af waarom ík de best geplaatste daarvoor zou zijn. Op dit moment kan ik immers niet zeggen dat mijn kinderen structureel met racisme geconfronteerd worden. Eén keer heeft een ander spelertje tijdens een voetbalwedstrijd “Nutellapot” geroepen naar Jude. Hij was geschokt, ik ook trouwens: ik stond te trillen op mijn benen toen ik het hoorde. Ik heb er geen kwestie van gemaakt. Het was een racistische uitspraak, maar is dat kind niet te jong om al een racist genoemd te worden? Het zou heel goed zijn als er bij dat kind thuis over gepraat zou worden waarom zo’n uitspraak fout is, maar hoe groot is de kans dat er in dat huis zo over racisme gedacht wordt? Een kind van tien dat zoiets zegt is geen dader, hè, dat is zelf een slachtoffer van zijn opvoeding. En wordt waarschijnlijk wel een dader, maar wat ga ik daaraan veranderen? Mijn aandacht was helemaal op mijn kind gericht. Hey Jude, (grinnikt) laten we erover praten, wat heb je gevoeld? Ik heb hem uitgelegd dat dat jongetje wellicht reageerde ­omdat het een duw had gekregen of zo, maar dat het toch onaanvaardbaar was en dat hij daartegen altijd moet protesteren. (…)

Ik citeer dit in extensis deo omdat deze passage me fascineert in aanspraken op én wegschuiven van autoriteit en me tegelijk rillingen bezorgt. Als vader en persoon die iets goed wil doen zonder al te veel pretentie denk ik Joos te begrijpen dat hij twijfelt de geschikte persoon te zijn om iets te zeggen over racisme. Zeker omdat hij uit een mediafamilie stamt, weet hij te goed dat elke uitspraak over die materie op het spreekwoordelijke goudschaaltje gewogen wordt. Toch praat hij door.
Joos spreekt over ‘nuance’ en toont zich mild en prettig huiverig voor grote woorden. Maar dit doet niets af aan een cultuurindustrieel decor, dat het journaal van de publieke omroep VRT blijkbaar is geworden omdat het een medewerker op basis van een adoptieouderschap vraagt om deskundig commentaar. Het wordt nogal moeilijk om gedachten aan literaire werelden uit te bannen, en aan dat vermaledijde woord bubbel.
Bovenal spreekt Joos hier over twee kinderen, die hij bewust ontwijkt door ze niet zelf aan het woord te laten – en zijn interviewer zwijgt nog 1000 woorden mee. Ondertussen staan er verstrekkende beweringen over het gezin van het beledigende voetballertje die niet zijn getoetst en heeft Joos dusdanig op zijn zoontje ingepraat dat de cocon het toelaat te grappen met een Beatles-liedje.
Zelf piekerde ik nog na over de kwalificatie ‘Nutellapot’. In Nederland, waar de expertise meer ligt in gruzelementjes dan in smurrie, heet die ‘chocoladepasta’ en in mijn tweetalige stulp ‘choco’. Echt treurig vind ik dat de belediger in bezit is genomen door een immer door expansie geplaagd concern. Zoals in België een balpen een bic heet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten