Bertolt Brecht
heeft tussen de soep en de patatten Shelleys The Mask Of Anarchy (1819) vertaald. Ik doel dan niet op ‘Der anachronistische Zug oder
Freiheit und Democracy’ (1947),
vijftig strofen minder tellend dan Shelleys dichterlijke woede-explosie tegen
uitsluiting waardoor dit schmierend sarcastische geval was geïnspireerd. Nee,
Brecht wilde aan het zogeheten realismedebat in 1938 een essayistische bijdrage leveren die hij
uiteindelijk voor zich hield en waarin provisorisch verduitste fragmenten uit The Mask aan te treffen zijn.
Leunend op mijn
gemakzucht kijk ik alleen naar de slotstrofe. In Shelleys origineel, dat veelvoudig
digitaal beschikbaar is (ik gebruik bij wijze van aanhankelijkheidsverklaring de versie op
Gutenberg), gaat ze zo:
‘Rise like Lions
after slumber
In unvanquishable number –
Shake your chains to earth like dew
Which in sleep had fallen on you –
Ye are many – they are few.’
De aanhalingstekens horen erbij. Niet alleen omdat ze een
directe rede demonstreren, maar ook omdat Shelley in deze 91e strofe
een eerdere, de 38e, herhaalt. De slotstrofe is dus evengoed een echo,
‘again – again – again’. Van die revolutionaire resonantie maakt Brecht:
‘Steht auf wie Löwen nach dem Schlummer
In unbestiegbarer Anzahl!
Schüttelt eure Ketten ab wie Tau
Der im Schlaf auf euch gefallen war:
Ihr seid viele – sie sind wenige.’
Wat is het Engels toch een wonder van compactheid. En hoe
dicht weet Brecht, die niet meer beweert te doen dan wortlich zu übersetzen, het te benaderen. Hij verliest noodgedwongen in de eerste en laatste regel, door de betekenis van het
origineel te volgen en ritme te laten vallen. Daartegenover permitteert Brecht zich
vrijheden in de interpunctie. Vooral het uitroepteken, dat ik als activerend
opvat.
De strijd tussen het Engels en het Duits (en het Nederlands)
lijkt me hier ongelijk. Dat toont de slotzin ook in lettergrepen. Shelley
sympathiseert met de ye, die hij als
‘many’ beschouwt terwijl they het met
‘few’ moeten stellen. Een gehalveerd team! Machteloos moet Brecht toezien dat
het Duits het gewraakte ‘wenige’ in een overtalsituatie brengt.
Met die interpretatie memoreer ik wederom een vriendin van Anna Enquist, in wier voetbalvisie een verdediging krakkemikkiger zou worden door eenlettergrepige namen. Zeker! Ontglipte me destijds al een denkbeeldige polemiek tussen de vriendin en door Klemperer en Orwell geëxpliciteerde intuïties over taalkracht bij dictatoriale regimes, nu wil ik, na herlezing van Shelley, volstaan met een logisch advies aan Louis van Gaal: vervang Blind zekerheidshalve aub toch maar door Malacia.
Hoe stimulerend Shelleys ‘many’ is, bewijst het hergebruik
van die strofe. In 2017, bij de Engelse verkiezingscampagne, werd ze geregeld voorgedragen door
Jeremy Corbyn, om Labour in de juiste marsrichting te krijgen. Dit liep in
het begin goed
af, daarna minder, en al helemaal niet voor Corbyn, maar dat lag niet aan
het gedicht en evenmin aan hem. Wow, dat klinkt cryptisch, doorklikken
maar.
Ondertussen beken ik dan waar ik mijn mosterd haalde. Dieter
Lesage bericht over Shelley en Brecht in zijn jongste
boek Het parlement en de velen.
Pleidooi voor een radicale democratie. Hij wijst op een essay
dat de Engelse, destijds in Italië verblijvende dichter aan het eind van
datzelfde jaar 1819 begon, waarin ‘the cunning and selfish few’ afgezet worden
tegen ‘the ignorant many’. Het contrast blijft voor Shelley allesbepalend.
Lesage citeert nog
een Duitse vertaling, verkort, door Alfred Wolfenstein in 1937:
‘Auf! In löwenstarker Zahl!
Werft den Unterdrückung Qual
Ab, die euch im Schlaf befiel:
SIE SIND WENIGE – IHR SEIT VIEL!’
Die brutale slotregel dunkt me een regelrechte vondst. De
vertaler onderkent het ondertal van ‘viel’ tegenover ‘wenige’ maar weigert te capituleren.
Daarom draait hij Shelleys volgorde om. In deze versie krijgt de partij met wie
het gedicht sympathiseert tenminste het laatste woord. Daar horen onverzettelijke
hoofdletters bij.
En de verkorting van de beeldspraak in het betoog, waardoor de
boodschap maximaal kan aanslaan en de tocht naar de barricaden ingezet? Lesage
zegt dat het gedicht zo een manifest wordt en aansluit bij het beroep op de
actualiteit dat het podium, het antifascistische exiltijdschrift Das Wort, met de vertaling deed, vanwege
deprimerende ontwikkelingen in nazi-Duitsland.
Ook citeert Lesage een vroegere Wolfenstein-vertaling (1928)
die completer is, in de zin dat ze meer recht doet aan redenaties uit het
origineel:
‘Auf! Auf in löwenstarker Zahl!
Des Siegs! Werft ab die Kette, Qual
Wie Tau, die euch im Schlaf befiel:
Sie sind Wenige, ihr seit Viel!’
De ratio van de hoofdletters in de latere versie groeit. Het
noodlot en de geplogenheden van poëzie willen immers dat door diverse posities
in de zin de gehate ‘Sie’ begint met een kapitaal terwijl de geliefde ‘ihr’ het
moet stellen met schamele onderkast. Wat niet rijmt met het genre, dat volgens
de vroegere Wolfenstein een pamflet is.
Ten slotte meldt Lesage ook de vroegste Duitse versie van Shelleys
slotregel, als motto boven een
hymne door George Herwegh in 1863:
‘Eure sind viele, ihrer sind wenige.’
Verbuigingen, het blijven hermetische jongens. Het
Nederlands heeft daar al lang geen last meer van. En Shelleys klassieke
protestgedicht, geschreven na een bloedig onderdrukte betoging,
is er bij mijn weten nog altijd niet in terug te vinden, terwijl de eerste
poging in het Duits, vertelt Lesage, uit 1844 stamt. Heeft The Mask Of Anarchy in ons taalgebied een status als Luceberts eveneens
vanuit een veilig elders geschreven ‘Minnebrief aan onze gemartelde bruid
Indonesia’, zijnde zeldzaam direct en hypergeëngageerd, slechts te vernoemen?
Uit Komrijs romantiek-presentatie
Aan een droom vol weelde ontstegen (1982)
blijkt dat heel wat losse Shelley-gedichten door Nederlandse confraters, zoals De
Vries en Verwey, zijn vertaald. En Schouten en Wigman namen in hun anthologie De bekendste gedichten uit de
wereldliteratuur (2005) onder meer ‘Ode aan de Westenwind’ op – waarmee dat
gedicht zijn debuut in onze taal maakte. Waarom dan niet eens een keer The Mask Of Anarchy? Vanwege de omvang
van bijna vierhonderd verzen, over 91 strofen verdeeld? De recentste
Shelley-vertaling, door Jan Kuijper, bevat minstens zo lijvig werk. Arnold
Heumakers’ nawoord vermeldt het gedicht wel, als blijk van des dichters politieke
betrokkenheid.
Ik vind die afwezigheid jammer. Voor een van de grootste
dichters uit de Nederlandstalige literatuur, Herman Gorter, was Shelley, met
alle voorbehouden die daar bij horen, een voorbeeld. Hij noemde in een
schrijversspiegel zelf The Mask Of
Anarchy, inclusief ontstaansgeschiedenis, en citeerde
er de complete slotstrofe uit waarbij hij in de openingsregel een komma
toevoegde:
‘Rise, like Lions after slumber’
Nog een voorbeeldje van activerende interpunctie! Mr. D. Spanjaard
nam die over in zijn vertaling, bijgesloten
bij Gorters postuum gepubliceerde betoog. Ze was niet geversifieerd, wat ik
bij dezen eventjes doe:
‘Staat op, als leeuwen na den slaap,
In onverwinlijke scharen!
Schud uw ketenen ter aarde,
als dauw die in den slaap op u viel;
Gij zijt velen in aantal, zij weinigen.’
Een beetje stijfjes, zeker vergeleken met wat door Gorters
soepele dichtershanden mogelijk geweest was! Bestaat er dan niets in het
Nederlands? Ik kan een expliciet beschroomde poging citeren van Dieter Lesage
zelf, wiens complexe, vaak meertalige betoog consequent eigenhandig
toegankelijk is gemaakt:
‘Sta op als leeuwen na het slapen
Dat zij zich aan jullie aantal vergapen
Schud de ketens af als was het rijm,
die als dauw in de nacht bevroren zou zijn –
Jullie velen, zie! – dat zij met weinigen zijn.’
Volgens mij is deze versie alleen voor Vlamingen
begrijpelijk. Het conjunctivistische ‘Dat zij…’ in de tweede regel zou boven de
Moerdijk zoiets worden als ‘Laat ze maar…’ Lastig is verder dat Lesages ‘zij’,
helemaal doordat na het eerste vers een punt ontbreekt, strikt genomen naar
‘leeuwen’ verwijst terwijl hij er al de niet nader aangeduide ‘zij’ uit de
slotregel mee bedoelt. En die uitsmijter zelf bevat nog een vlaamsisme:
‘zie!’ Dat betekent volgens mij zoiets als ‘Asjeblieft, let op…’
Lesage is en blijft een filosoof die, in een even zalig
gedetailleerd als verbijsterend redundant boek, redeneert met poëzie. Bij hem is
Shelleys kernachtigheid van het dus sloganrijpe ‘Ye are many – they are few’
helemaal foetsie. Maar in een andere vertaalpoging, wanneer ik het goed begrijp
door een machine,
ontwaar ik op dat vlak geen verbetering. Sterker nog, ze heeft een redactie
nodig want varieert bij Shelleys echo’s:
Sta op, als leeuwen na sluimering
In een onoverwinnelijk aantal!
Schud uw ketenen op de aarde, als dauw
Die in slaap op u was gevallen:
u bent met velen – het zijn er weinig!
(…)
Sta op, als leeuwen na sluimering
In onoverwinnelijk aantal!
Schud uw ketenen op de aarde als dauw
Die in slaap op u was gevallen:
Gij bent met velen – zij zijn weinig!
De machine geeft bovendien al te menselijke trekken aan dauw
die kan slapen. Misschien is het een beeld uit een voorbije poëzie. Moet ik het
zelf proberen? In een tijd waarin elke Nederlands-Engelse
uiting op een goudschaaltje wordt gelegd? Gelukkig kan ik beter voetballen
dan schrijven, en ieder weet: Practice
gives birth to art.
‘Opstaan! Wrijf je ogen heel
Voor het leeuwendeel!
Ril je ribbenkast los als teer
Die je dromen vulde met zeer.
Zij sussen, maar jij bent meer.’
Ik zal me voor deze machtsgreep niet verontschuldigen noch
zoeken naar verantwoording. Maar zoals Brecht na de Tweede Wereldoorlog in zijn
door Shelley aangedreven ‘Anachronistische Zug’ het veel gebezigde
bevrijdingswoord democracy onvertaald
liet, zo zou ik met mijn poging sjibbolets
als inclusief overbodig willen maken.
Elke vertaling is een voorgerecht; hoofdmaaltijden worden sowieso slechts door
de werkelijkheid geserveerd.
Oeps, mijn luiheid geconfronteerd met de grotebozemensenwereld. Vóór De bekendste gedichten uit de wereldliteratuur bleek ‘Ode aan de Westenwind’ wel degelijk al vertaald, door R.P. Meijer, te vinden in Spiegel van de Engelse poëzie uit de gehele wereld (1991), samengesteld door Elizabeth Mollison en Henk Romijn Meijer. Aangezien De bekendste gedichten uit de wereldliteratuur haar vertaling bij Jabik Veenbaas bestelde en omdat Jan Kuijper zich er ook aan heeft gezet, bestaan er minstens drie Nederlandse Odes aan de Westenwind. Nu hoopt heel mijn luie ik dus maar dat The Mask Of Anarchy evenzeer al lang in het Nederlands is ontwaakt.
BeantwoordenVerwijderenNog verder wakker geworden: in het boekje De Totale Gorter (2021) vertelt Jan Kuijper dat hij ‘The Mask Of Anarchy’ wel heeft vertaald, met nog een paar Shelley-gedichten, als onderdeel van Maria Farags boek Het huis van mijn moeder / Een Egyptisch-Nederlandse familiegeschiedenis (2020). Het is me niet duidelijk of Kuijper het hele lange gedicht vertaalde, of alleen het begin. Dat luidt in elk geval bij hem zo: ‘Toen ik in Italië sliep / kwam van ver een stem die riep / en mij met haar grote kracht / een visioen van dichtkunst bracht’.
BeantwoordenVerwijderen