Zoals je je kunt verstappen,
zo kun je je verlezen. Een uitgekauwd voorbeeld is ‘bommelding’ – een woord dat
sinds het personage
van Marten Toonder nooit meer hetzelfde is geworden. Ik snap alleen niet
dat die verlezing blijft domineren. Je kunt er kennelijk niet op trainen,
terwijl er wel het een en ander met enkels en voeten zal zijn te doen waardoor het
verstappen zelfs over eieren minder vaak gebeurt.
Een soortgelijk probleem
heb ik bij ‘afdeklappen’, dat dus tot het eind van mijn tijden onopgelost zal
blijven, alsof ik het elke keer voor het eerst tref. Dat verbaast me, hoewel ik
me allerminst slimmer acht dan een ezel. Mij verbaast de koppigheid waarmee mijn
lichaam steeds voorrang geeft aan de verkeerde betekenis. Alsof in het eend-konijnplaatje
slechts één mogelijkheid telt.
Op de grens van verschrijven en verspreken bevindt zich voor
mij de voornaam van Laurence Sternes legendarische
hoofdpersoon uit de achttiende eeuw. Ik had ooit een wetenschappelijkachtig
opstel al bijna ingestuurd toen ik ontdekte dat hij geen Tristan heette, maar
Tristram. Er moet een legende
zijn voorgedrongen die zo’n tien eeuwen ouder was; bovendien had zich in mijn
omgeving een
tijdschrift met die naam opgehouden. Toch verleent deze vanzelfsprekende
verschrijving me een cultuurhistorisch cachet dat ik niet verdien. De titel van
Sternes roman was ook eindeloos vaak mijn blik gepasseerd, ik had het boek gelezen,
dus de verdringing van de correcte naam moet ultrakrachtig zijn geweest.
Het kan dat ik onbewust geen tongbreker wenste binnen te
laten: spreek ‘Tristram’ maar eens netjes op zijn oer-Hollands uit en herhaal deze
sport na een paar glazen alcohol. De naam past bij dit vroegexperimentele boek
waar zelfs het voorwoord niet aan het begin staat. (Ad ten Bosch, die de
vertaling uitgaf in 1990, heeft verteld dat boekhandelaren exemplaren
terugstuurden, overtuigd misdrukken te hebben gekregen. Zelf was hij er ook
maar over in kennis gesteld door de vertalers, aan wie hij zo praktisch was een computer cadeau
te doen zodat de kans op zetfouten slonk.)
Recenter brak de
punt van mijn rode potlood in Robbert Tilli’s boek Koos. Het verhaal van de manager van Herman Brood. De eerste ontmoeting
met Nina Hagen werd gememoreerd: ‘Herman kon meteen goed met haar
opschieten; er was echt een klik tussen die twee.’ Hoewel ik best geporteerd
ben voor het idee dat de mens een koffer is, leek me hier dat het click moet zijn, in het vermoeden van
een connectivity die eventueel met de
linkermuisknop kan worden bevestigd. Toch gaf zowel de adviesdienst van Onze Taal als het Verwarwoordenboek van Jan
Renkema geen uitsluitsel. En Van Dale
blijkt pas in oktober 2018 het lemma click
te hebben toegevoegd, met als verbijsterende uitleg: ‘klik3 (2)’. De
muis voert vervolgens linea recta naar:
gevoel
dat je bij elkaar past, op één lijn zit, echt contact met elkaar hebt
≈ match
• een klik hebben, voelen met iem.
Maar hoe zit het met
verhaspelde afkortingen? Ik weet nog pijnlijk precies dat we een paar van die efficiënte
dingen zelflerend moesten ontdekken op de lagere school. In een verhaaltje over
een slang duidde ik de frase ‘m.a.w. hij’, na interpretatie en heroverweging, als
‘met aroma wilde hij’. Ik kon niet geloven dat dit niet klopte. En ‘aroma’
klonk ook beter dan ‘gif’. Wat een klotetaal!
Toch bereikten sindsdien
een paar afkortingen me ongeschonden. Wel zijn er uiteraard heel wat bij
gekomen, vooral door de digitalisering. En dan stoot ik me geregeld meermaals
aan dezelfde steen, omdat de ontcijferingsarbeid andermaal links wordt
gepasseerd door een lichaamseigen associatie, kennelijk uit mijn jongere jaren,
die niet eens kán kloppen. Dit is ‘sterker dan mijzelf’.
Voorbeelden kan
ik lastig geven, omdat ze telkens wegebben. Maar gelukkig vond ik op het web
een lijst met afkortingen, waarop ik een paar angstgegners herontmoette:
Bff: bifiworst
Kmk: Kamer van Koophandel
Ntb: nota bene
Omg: Orchestral
Manoeuvres in the Dark
Wtf: Wereldnatuurfonds
Erg vaak kruisen
ze de race van mijn leven niet. Hoe anders vergaat het een afkorting, die in zakelijk
e-mailverkeer schering en inslag lijkt: ifv.
De betekenis ‘in functie van’ vergeet ik steevast, wellicht omdat me ontgaat
wat doelmatig handelen is. Ondertussen vernaggelt mijn reflexverklaring zelfs de
spelling van ‘in-vitrofertilisatie’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten