Het is herfst en
het origineelste debuut van het jaar is al verschenen. Uit een
recensie begreep ik dat Lisa Huissoon met Alle mensen die ik ken een roman heeft gepubliceerd die bestaat uit
voornamen op alfabet. Ze worden ter plekke toegelicht met korte en lange verhalen.
Dat klinkt fijn! Weer een titel voor in mijn Te-Lezen-Bestand dat anderen
misschien in Excel weten op te zetten of bucketlist
noemen.
Een paar dagen na
indaling van de recensie begon iets in mij zich te roeren. De critica had lof gehad
voor de vorm die, door vermelding van andere namen in een verhaal, dwong tot sprongetjes
voor- en achteruit in de tekst, spannend doorbladerwerk. Tegelijk ervoer ze twee
bezwaren. Bij de namen was de grootte van het verhaal wel erg variabel en
eigenlijk was ze bij de L al bladermoe geraakt.
Nog vóór de helft
van het alfabet! Volgens de aftiteling telt het boek maar 231 bladzijden.
Het begon me dun
door de broek te lopen. Al een paar jaar ben ik in de gelegenheid te werken aan
De encyclopedieën van de val. Geweldig
leerzaam om te doen, leuk ook, maar Huissoons roman past minstens driemaal in mijn
huidige omvang. Bovendien zijn mijn dwarsverbanden niet expliciet en op een
toegankelijke stijl ben ik nooit betrapt.
Waar ben ik in
godsnaam mee bezig?
Minstens ben ik
jaloers op Wikipedia, waar met één simpele klik op de muis lezers zichzelf van
het ene lemma bij het andere kunnen brengen. Dienstverlening voor nieuwsgierigheid,
voor de lenigheid van een geest. Wat kan stram papier daar tegenover stellen? Is
het fenomeen e-book buigzamer?
Ik weet het weer
eens niet. Behalve dan dat ik deze posting eens flink wil misbruiken door op
mijn archiefblog een
voorpublicatie uit De encyclopedieën van
de val te simuleren. Nou ja, uit de versie september 2020 heb ik wat
lemma’s geselecteerd die naar mijn indruk enige samenhang vertonen. Voor de totale
lengte van die uitsnede durfde ik niet echt door te pakken. Ik stopte rond
4.000 woorden, waar serieuze tijdschriften zo’n beetje de finishlijn schijnen
te leggen.
Bestaan er vervolgens
misschien lezers op de virtuele aarde die me willen helpen? Door deze
quasi-voorpublicatie eens door te nemen wanneer ze even niets (beters) te doen
hebben? En onder aan deze posting, of in een e-mail, hun ervaring en
verbeteringssuggesties te delen? Mijn dank zou immens zijn. Ook wil ik als leesproleet
best een incentive schenken: wie dat
wenst kan een lemma in de encyclopedie krijgen, met een eigen verhaal over een
val.